RELIGIEUZEN

Wanneer de oorlog de Westhoek bereikte en een stellingenoorlog werd, waren de meeste gebouwen van kloosters reeds opgeëist als logement voor soldaten en verpleegkundigen en de bijhorende schoolgebouwen omgevormd tot kazernes, hulpposten of hospitalen.
Kloosterzusters die in de nabijheid van het front woonden vluchten vanaf de eerste slag om Ieper naar bevriende kloosterordes of familie dicht bij de grens of naar Frankrijk. Slechts enkelen bleven in hun klooster wonen om hun bezittingen te beschermen of les te geven in schuren of loodsen buiten het dorp.

De gecoördineerde vlucht van duizenden schoolkinderen dwong de Belgische regering om vanaf de lente in 1915 kloosterordes aan te spreken om voor de opvoeding en het onderwijs in te staan. Anderen kregen een taak  in binnen- en buitenlandse hospitalen.

BAILLEUL  

  • AUGUSTINEN – Zwarte Zusters – De zusters Augustines uit het Noord-Franse Bailleul werkten in de schoolkolonie voor jongens in Pourville-sur nabij Dieppe.

De zusters uit Bailleul van 19 april 1918 tot 20 januari 1919: Moeder-overste NEYRINCK MARIE Houtkerke, LAMPS MARIE Hazebrouck, LECAES EMMA -zuster Veronique St.Jans-Kappel, LOOTEN LOUISE – zuster Gudule Bailleul, BINAUT JUSTINE – zuster Hélène Wormhout, WALES PHILOMENE – zuster Brigitte Poperinge, VANEXUM MARIE – zuster Rose Bailleul, VANNEUVILLE JEANNE – zuster Elisabeth Bailleul, GAUQUIE MARIE – zuster Anbreisine Bailleul.


BIKSCHOTE

  • ANNUNTIATEN – zusters vertrokken op 31 oktober 1915 uit hun tijdelijk verblijf in de Abdij van Westvleteren naar de schoolkolonie te Albi (Tarn). Op 16 mei 1919 komen de zusters met 18 kinderen uit Frankrijk terug en vestigen zich te Westvleteren in de St.-Jozefschool.

Moederoverste AUGUSTA TRENSAERT – zuster Raphaëlle, VANDROMME HELENE – zuster Philomène, FERYN ELISE – zuster Eugènie, DEQUECKER ELISE – zuster Bernarda, WILLEMYNS HELENE – zuster Gerarda, TORFS ROSALIE – zuster Françoise, HAUTEKIET ANNA – zuster Thérèse


BOEZINGE

  • ANNUNTIATEN – drie zusters uit Boezinge en vijf zusters uit Kemmel bestuurden de schoolkolonie voor jongens te Caudebec-en-Caux. Vier andere zusters uit Boezinge zijn werkzaam in de schoolkolonie te Recques en enkelen in de schoolkolonie en hospitaal van La Chartreuse de Neuville te Montreuil-sur-Mer.

Caudebec-en-Caux: Eulalie Pintelon – zuster Cordula


DES DAMES DE LA SAINTE UNION

Zusters van deze congregatie bestuurden de schoolkolonies ‘des Sapins’ en ‘la Terrasse’ te Varengeville-sur-Mer.


GELUVELD

Zusters van de congregatie der Apostelinnen (Benedictinessen) uit Geluveld bestuurden de schoolkolonie in Criqeutot-sur-Ouville

zuster Delphine AMELIE ALGOET, zuster Clara IDA BERTIER, zuster Marcella LOUISE DEWITTE, zuster André JEANETTE HAEGHEDOORN,  zuster Régina VICTORINE HAEGHEDOORN, zuster Clémentine OCTAVIE JONKHEERE en zuster Placide IRMA TAHON

Photo


HOLLEBEKE

HEILIGE FAMILIE enkele zusters verblijven samen met andere zusters van de congregatie uit Ieper en Zillebeke te Versailles en Ballainvilliers


HOUTEM

HEILIGE FAMILIE zusters uit Houtem bestuurden in de schoolkolonie te Ballainvilliers

Bour010


HOUTHULST

  • PAULINEN – De zusters Paulinen uit Houthulst die gevlucht waren naar Wulveringem bestuurden vanaf 21 juli 1915 één van de eerste schoolkolonies van de Belgische regering te St.-Paër in Normandie . Ze verlaten de schoolkolonie op 1 juli 1919.

Moederoverste: MAENHOUT SIDONIE – zuster Clara

Religieuzen: BAELDE VALERIE – Ieper, BEAUPREZ FLAVIE (onderwijs) – Houthulst, DERUYTER AMELIE (kantonderwijs) – Houthulst, DEDEENE JULIE (keuken), DEDEENE LOUISE (huishoudster) en DEGENE VIRGINIE (onderwijs) – Torhout, GUNST MARIE – Houthulst, LYPPENS MARTHA (onderwijs) – Gent, MALISSE MARIA – Kemmel, PEIREN AMELIE (personeel)- Pervijze , RONSE EMMA – Zonnebeke, VANDROMME ODILE (onderwijs) – Krombeke, VERONGSTRAETE MARIA ( linnen) – Kortrijk, MAENHOUT HERMINIE – Varsenare, SLEMBROUCK JULIENNE – Woumen  en zusters Gertrude, Maria, Visincea, Alwinia, Lutgarde, Antonia, Augustine, Marie-Jozef, Godelieve, Paula, Roza, Agnès, Alfons, Margerite en Germaine

  • Kloosterzusters uit Houthulst die niet in een schoolkolonie verbleven kwamen terecht in het Oost-Vlaamse BURST

IEPER

  • LAMOTTEN / PAULINEN – In de namiddag van 7 oktober 1914 werden de eerste bommen gegooid in de omgeving van de Rijselpoort op enkele honderden meter van de Mariaschool waar een 400-tal leerlingen stonden te wachten op het begin van de lessen.

Een vluchtroute van ruim 1600 kilometer.
Op 4 november 1914 na de mis vluchten enkele kloosterzusters naar Poperinge waar ze bij de familie Alleman verblijven om daarna tot einde april een huis huren in de Boeschepestraat. Wanneer ze ook daar vluchten na vliegtuigbombardementen op de stad vinden ze onderdak bij de zusters Paulinen van het gehucht ’t Vogeltje om daarna een nacht op het nabij gelegen kasteel ’t Couthof en een veertiental dagen te Proven te verblijven. Daarna volgden ze de vluchtelingenstroom en bereiken met veel moeite Abele om op vrijdag 3 mei 1915, rond vier uur in de namiddag, samen met moederoverste Lutgarde, 18 zusters, mevrouw Alleman, twee juffrouwen, eerwaarde Hilaire Herman en zijn meid de trein richting Frankrijk te nemen. Zeven medezusters blijven nog in de Westhoek achter.
Er waren honderden mensen uit Ieper, Poperinge en omstreken mee met de trein die vertrok richting Hazebroek met bestemming Calais waar bij aankomst alle vluchtelingen de trein moeten verlaten. Politieagenten wachten hen om en begeleiden de vluchtelingen naar het stadhuis om de noodzakelijke reisdocumenten te onderzoeken.
Op 4 mei zou de trein om 18u opnieuw vertrekken vanuit Calais om de volgende morgen in Rouen aan te komen.
Zondag 5 mei vertrokken ze opnieuw langs Le Mans, Angers, Nantes, Poitiers, Angoulème tot Périgueux in de Dordogne streek.
Aangekomen op 6 mei in de morgen moesten alle vluchtelingen opnieuw de trein verlaten, kreeg men iets te eten terwijl de trein van spoor en richting veranderde.
Het gezelschap reisde verder tot Ribérac waar ze de melding kregen dat het dorpje Parcoul hun eindbestemming zou zijn. Hier werden ze vriendelijk onthaald door de bevolking die hen opwachtte en hen een slaapplaats aanbood bij familie van de stationschef, op het kasteel Cibard en bij bewoners van het dorp.
Van vrijdag 3 mei tot zondag 5 mei hadden ze met de trein een afstand van ruim 1000 kilometer afgelegd.
Omstreeks einde juni 1915 kreeg E.H.Herman een brief van de Belgische minister van Kunsten en Wetenschappen met de vraag om enkele gediplomeerde zusters ter beschikking te stellen voor de schoolkolonie te Yvetot in het departement Seine Inférieure. Priester Herman antwoordde dat de zusters zich bereidwillig ten dienste stelden maar onmogelijk de oudere zusters in Parcoul konden achter laten, waarna minister Berreyer niets meer van zich liet horen.
Het was de heer Jean Ramaeckers die de zusters enkele maanden later vroeg om met spoed naar Rouen te komen. Ze zouden in de omgeving in twee schoolkolonies een opdracht krijgen.
Wanneer de schoolkolonie in het kasteel Sainte-Croix/Poussin te Préaux, eigendom van de familie Poussin, in september beschikbaar was trok moederoverste met vijf medezusters daarheen waar er een 20-tal oudere meisjes verbleven. Vijf anderen vertrokken in oktober naar de schoolkolonie te St.-Aubin-Epinay en nog enkele andere zusters naar St.-Jacques-sur-Darnétal waar acht Belgische soldaten onder leiding van majoor Van Dievoet hen verwelkomden.
De soldaten die in deze drie schoolkolonies een opdracht hadden maakten lessenaars, borden en ander timmerwerk klaar.
Enkele dagen later kwamen de eerste kinderen reeds aan: 16 grote meisjes in Préaux, 75 Waalse jongens te St.-Jacques-sur-Darnétal en 100 Vlaamse jongens te St.-Aubin-Epinay.
Nu de zusters hun eindbestemming hadden bereikt hadden ze eerste een reis tot in de Dordogne gemaakt van bijna 1000 kilometer om nadien nog eens 580 kilometer te reizen tot in het département Seine-Inférieure.

Religieuzen te Préaux: zuster-overste Marie-Anges MAROY Brugge, zuster Euphémie -Sofie MONPREZ, zuster Thérésia – Marie-Louise LOGIER Passendale, zuster Lucie-Marie DESCHRYVER Beveren/Yzer, zuster Céline-Maria VANDEPUTTE Ichtegem, zuster Pauline SCHAPCOOMAN Anzegem, zuster Bertha GUNST, zuster Anna – Félicie-Marie HERCKELBOUT, zuster Mathilde-Justine MAROY Brugge

Religieuzen te Saint-Aubin-Epinay / Château Poussin: ROELANDT EMMA directrice, NOTEBAERT MARIE, TUTTENS ROMANIE en zuster Germaine – VANDENBILCKE EMMA Westvleteren

Religieuzen te St.-Jacques-sur-Darnétal / Château Lormier: ALLEMON MADELEINE, DEGRYSE MARIE, VERRIEST SOPHIE en LELIEUR ELIZA.

Religieuzen te Saint-Aubin-Hamau Branville: zuster Gertrude – DEMEYER MATHILDE,  zuster Marguerite – EMMA BONQUET Ieper,  zuster Gerarde – VERBEKE MARIE, zuster Angèle – BOLLENGIER GERTRUDE, zuster Jeanne – MARSELOO GABRIELLE Ieper

Religieuzen Wizernes: TOELE SIDONIE Gits, VALCKE MARIE St.-Eloois Vijve, VERMOTE AUGUSTA Pervijze, WYFFELS ZOE Westvleteren, DECORTE IRMA Gits, VANDER PLANCKE ELODIE Wevelgem, ROOSE ELIE Alveringem

De zusters Lamotten keerden in 1919 terug. Aanvankelijk verbleven ze in noodbarakken tot ze in 1921 hun herstelde gebouwen in de Rijselstraat opnieuw in gebruik konden nemen.

  • HEILIGE FAMILIE – De zusters van de congregatie van de Zusters van de Heilige Familie Ieper vluchtten eind oktober 1914 naar Frankrijk. Ze vonden er onderdak in een klein verlaten kasteel in Lumbres. Een aantal zusters werden uitgestuurd naar schoolkolonies van Rue du Vouillè te Parijs. In maart 1919 keerden de eerste zusters terug naar het volledig verwoeste Ieper. Van het klooster en de scholen bleef niets meer over. De zusters stichtten evenwel onmiddellijk opnieuw een school. Na onderhandelingen met de bisschop konden de zusters al snel hun intrek nemen in drie kloosters van andere congregaties in de omgeving: Roesbrugge, Oudenburg en Escanaffles. In Roesbrugge werd het hoofdhuis gevestigd tot het klooster in Ieper volgens de vooroorlogse plannen was heropgebouwd.
  • CLARISSEN (PAULINEN) – de zusters Clarissen uit Ieper bestuurden de schoolkolonies Brighton (meisjes) en Casino (jongens) te Cayeux-sur-Mer. Vier zusters verlaten op 20 december 1917 tijdelijk de schoolkolonie Casino om een nieuwe schoolkolonie op te starten te Pourville: GRUWIER FEBRONIE – zuster Françoise, VAN BEVEREN MARIA – Clara, BRYS AUGUSTA – Elisabeth, VANDAMME RENILDE – Imelda
  • ZWARTE ZUSTERS: vanaf september 1915 verblijven vier zusters in de Koninginnescholen te Wulveringem. Op 5 juni 1918 verblijven moeder-overste en 9 zusters te Wizernes. De kinderen waren dan reeds overgeplaatst naar Joué-lez-Tours.
  • GASTHUISZUSTERS: werkzaam in Elisabeth Ziekenhuis te Poperinge vanaf januari 1915: EUPHRASIE COLPAERT – zuster Aloysia, M. DECOCK – zuster Brigitta, FL. DEMOOR – zuster Antonia, AUGUSTINE DEMULIER – zuster Anna, M. DEWICKERE – zuster Maria,  EL. WYTEN – zuster Zita
  • ZUSTER van SINT JOZEF – Huize Sint-Jozef is ontstaan en gegroeid vanuit de congregatie van de “Zusters van de Liefde van Sint-Jozef”, dat in 1824 werd gesticht. Hun klooster stond aan de hoek van de Bollingstraat en Sint Jacobskerkhof. Na opnieuw hevige bombardementen vluchten een aantal zusters op 20 april 1915 naar Poperinge en verder naar het Franse Houtkerke nabij Watou. Vandaar trekken ze naar Luigné waar ze in de Commanderie de Saulgé (Maine-et-Loire) verblijven.

De zusters verblijven in de schoolkolonies van de hulporganisatie Comité Franco-Americain pour la Protection des Enfants de la Frontière. Zij zijn     actief in de schoolkolonies van Les Ombrages en Les Clarisses te Versailles en te Oulins in het departement Eure-et-Loire en Rosay in het departement Yvelines.

Na de Eerste Wereldoorlog werd het heropgericht op de vroegere hofstede van de Zusters van de H. Jozef, in de Meenseweg. Oorspronkelijk was er bij het klooster plaats voor 40 kloosterzusters. Naast een klooster waren er ook een school en weeshuis.

RBDUntitled

  • ZUSTERS AUGUSTINESSEN – ROUSBRUGGE DAMES. De “Zwarte Zusters” vluchten uit Ieper op 31 oktober 1914 naar Engeland. Ze verbleven op een pensionaat te Willesden, een wijk in het Londense gebied Brent dankzij een peter van de in Londen geboren zuster AMY-JOSEPHINE ALLEN – zuster Marie Gertrude. Op 26 juli 1915 vertrokken ze met de boot uit Southampton naar Frankrijk waar een eerste groep het bestuur kreeg over een schoolkolonie voor meisjes te Veulette-sur-Mer.

Andere zusters vertrokken naar de schoolkolonies te Valmont voor meisjes en Sassetot-le-Mauconduit voor jongens. De drie schoolkolonies lagen in het departement Seine-Inférieure. De zusters in Sassetot-le-Mauconduit verbleven eerst een korte periode in de schoolkolonie van Grandes Dalles.

In het klooster van Ploegsteert resideerde in de eerste jaren na de Eerste Wereldoorlog de algemeen overste van de congregatie. Het moederklooster in Ieper was zwaar beschadigd geraakt tijdens de oorlog. De heropbouw ervan werd pas in 1924 afgerond.

Photo 9

 De zusters in Veulettes

In de schoolkolonie van Veulette verbleven de zusters Marie-Joseph PIRONEN – Ieper, zuster Marie-Ignace GABRIELLE BEESAU – Lo, Marie-Thérèse BUTAYE – Stavele en MONIQUE SIMOENS – Vinkem. Van links naar rechts op de foto. Tweede rij: zuster Gertrude AMY ALLEN, Marie-Madeleine DEMEESTER – Roeselare en Scholastique CAMERLYNCK – Proven.

Te Sassetot-le-Mauconduit verbleven de zusters Dame Jeanne STEPHANIE SYMOENS directrice – Vinkem – Dame Monique LEONIE SYMOENS onderwijs – Vinkem – Dame Lutgarde MARIA BLANCKE onderwijs – Lo – Dame Hélène VALERIE VANDAMME wasserij – Merkem –  Dame Leonie ELODIE VEREECKE keuken – Pollinkhove –  Dame Anna MARIA LOONIS onderhoud – Westvleteren – Dame Geneviève AUGUSTA DESCHEPPER – Ardooie –  Dame Godelieve MARIE MORLION – Pollinkhove en Dame Brigitte CLAEYS PAULINE – Wervik

Te Valmont verbleven de zusters Dame JULIA DEDEURWAERDER – Dame Marie-Antoinette, overste-directrice JULIETTE NEUVILLE – Dame Agnès, LOUISE DELRUE – zuster Leandrine, onderwijs, MARGUERITESEYS – dame Marie-Claire, onderwijs – Doornik, JULIA MIANTSOONE – Dame Cécile, wasserij, ROMANIE DAVID – Dame Elisabeth, aankoop, ELODIE DEQUIDT – Dame Gabrielle, keuken, VIRGINIE MASSAERT – Dame Marie-Victor, onderwijs, AUGUSTA DESCHEPPER – Dame Geneviève – Brugge, onderwijs, MARIA ROFFIAEN – Dame Mechtilde – Brugge, onderwijs, JOSPHINE FRAYES – Dame Marie-des-Anges, onderwijs – Brugge

Te Pourville verbleven: Mere Supérieure Cécile – MARIE NEYRICK


KEMMEL

  • Twee zusters waren vanaf 29 juli 1915 samen met zusters uit Boezinge werkzaam in de schoolkolonie te Caudebec-en-Caux. Op 7 oktober 1915 kwamen er nog drie zusters uit Kemmel naar de schoolkolonie.

LANGEMARK

  • De zusters kregen een opdracht in de schoolkolonie voor beroepsonderwijs in Blaru die later verhuisde naar St.-Illiers-le-Bois

LOKER

  • HEILIGE FAMILIE – Deze zuster bestuurden de schoolkolonie voor jongens te Sarcelles nabij Parijs:  Marie-Bernard, Gardentia, Ildephonse, Adeltrude, Scholastique en Dominique.
  • PAULINEN – De zuster Sint Vincentius à Paulo uit Gits van de wezenschool te Loker-Heuvelland bestuurden de schoolkolonie van St.-Jacques-sur-Darnétal voor kinderen uit de wezenschool te Loker.

Zuster TERREIN CLEMENCE


LOMBARSIJDE

  • De zusters bestuurden de schoolkolonie te Cayeux-sur-Mer waar 300 meisjes verblijven. Ze besturen samen met zusters uit Pervijze.

MESEN

  • Vijf zusters uit Mesen waren tijdens de bombardementen van september 1914 gevlucht uit de kelders van hun klooster en schuilden enkele dagen bij hun geburen in de gebouwen van l’Institut Royal.
    Na drie dagen vertrokken de zusters te voet naar Nieuwkerke, dan naar Bailleul in Frans-Vlaanderen om uiteindelijk te Watou nabij Poperinge aan te komen.
    De zusters uit Mesen zorgden gedurende zes maanden voor de honderden kinderen van vluchtelingen die naar Watou waren gevlucht en waarvan de vaders aan het front verbleven.
    Einde mei werden vluchtelingenkonvooien naar Frankrijk georganiseerd waarmee de zusters op 1 juni samen met 400 kinderen naar Parijs vertrokken.
    De vijf zusters uit Mesen vertrokken uit het seminarie van Saint-Sulpice met 50 meisjes naar het dorpje Viroflay-Chaville waar ze een opdracht kregen in de schoolkolonie la “Ruchette” aan de rue Pasteur nummer 14.

MOORSLEDE

  • PAULINEN – Meisjes van het St.-Vincentius Instituut uit Moorslede en 3 zusters van het klooster in Zonnebeke vertrokken op 19 oktober 1914 met 31 weesmeisjes. In Parijs kregen ze vanaf 9 januari 1915 asiel bij “les Soeurs de la Charité” aan de rue du Bac, en vanaf begin februari 1915 bestuurden ze een schoolkolonie in Chars. De zusters Andrea, Bernardine en Marie-Olivia en kinderen verbleven na hun vlucht uit Moorslede eerder in Poperinge en Proven.

 NIEUWKERKE

  • PAULINEN – De zusters van Liefde van de H.Vincentius à Paulo hadden in Nieuwkerke een klooster en en school in de Dranouterstraat. De zusters uit Nieuwkerke hadden ook scholen in Mesen, Wulvergem, Ploegsteert, Wijtschate-Linde en Dranouter.

Tijdens de Eerste Wereldoorlog bestuurden de zusters de schoolkolonie voor jongens te Chevilly. Na de bombardementen op Parijs ook de schoolkolonies in Les Mees (Basses-Alpes) en Bourg-Neuf Quessoy (Côtes du Nord)

ALLEGAERT JULIA/ BAERT PHARAILDE / DECOENE ALINE / DECORTE MARIE / DELBEKE ZULMA / DESCHILDER MARIA / DOUCY MARIA / GESQUIERE LOUISE  / LAGACHE OCTAVIE / LEFEVER MARIE / LEURIDAN REINILDE / THIBAUT FELICIE / zuster Xaveria VAN COILLIE / VANDROMME RACHEL / VERMOERE MARIA / VERSTRAETE MARGUERITE en MARIE / VIANE ELISE


NIEUWPOORT

  • ARME KLAREN (Clarissen) – Vijftien zusters vertrekken in januari 1915, samen met moeder abdis, naar Dublin in Ierland en verblijven bij de “Poor Clares Colettines of St.-Damian’s Wonnybrook”. Enkele zusters die niet meereisden gaan vanaf juni 1916, onder leiding van zuster Agnès, les aan meisjes in een school met 200 kinderen die was ingericht in een villa van de paters Servieten te St.Idesbald

Op woensdag 5 september 1917 vertrekken de zusters uit Sint Idesbald met enkele kinderen naar een schoolkolonie voor ongeveer 200 jongens te Cayeux-sur-Mer. De zuster verlaten de schoolkolonie in maart 1919.

religieuzen: zuster Agnès AMEEL MARIE, zuster Godelieve KNEUTZER HELENE, zuster Bonaventure DEMEULEMEESTER MARIE, zuster Marie-Louise VIANE BEATRICE, zuster Emerance DEKIMPE LEONIE, zuster Amélie MARIE-LOUISE LAMBRICHTS, zuster Milburga HOMOREZ IDA, zuster Lutgarde PROOT EMMA, zuster Hilaire TRIBOU SIDONIE, zuster Leontine LAPALACE ELISE,  VANDEBAVVIERE ELISA , DEWITTE MARIE, CLAEYS ELISA, MOREL LEONIE, RASKIN JOSEPHIA, zuster Ermelinde PAUWELEIN SILVIE, COOLS HELENE, BOUDRY FIDELIA, zuster x DESMET ADELAIDE

verhuizen tijdelijk  naar Pourville tussen 17 en 23 december 1917: zuster Françoise GRUWIER FEBRONNIE,  zuster Claire VANBEVEREN MARIE,  zuster Elisabeth BRYS AUGUSTA,  zuster Imelda VANDAMME RENILDA,

  • ZUSTERS VAN LIEFDE – Begin 1915 vertrekken de zusters met de weeskinderen naar Engeland terwijl zes zusters  in het decanaal huis te Veurne verblijven. De zusters Rufina en Lutgarde, die in het Franse Carentan verbleven, werden in augustus 1916 op verzoek van de overheid teruggeroepen om toezicht te houden in villa Les Arielles in De Panne waar kinderen in afwachting van hun vertrek naar de schoolkolonies verbleven. In de villa waren reeds de zusters Dominica, Clothilde en Silvie in dienst. Deze vijf zusters moeten in april 1918 De Panne verlaten en vluchten  met de kinderen naar Leisele.

OOSTVLETEREN

  • Acht zusters verblijven vanaf  6 oktober 1917 in de schoolkolonie op het kasteel te Gommerville. Twee zusters zijn gediplomeerd, waaronder één Waalse zuster.

religieuzen: zuster Marie-Jozef MATHILDE CAPELLE Oostvleteren (moeder-overste), zuster EMMA LOUWYCK Dikkebus, zuster HONORINE VUYLSTEKE Poperinge, zuster Marie-Madeleine EUGENIE VANDENBERGHE, zuster Vincentia SYLVIE RAECKELBOOM Oostvleteren, zuster Marie-Gertrude CELINE HAEGHEBAERT Westvleteren, zuster Godelieve BERTHA PEETERS Oostvleteren, SYLVIE RAECKELBOOM, MARTHE DESAUW Kortrijk, zuster Dominique AMELIE KINGET Pollinckhove,

PERVIJZE

  • ZUSTERS VAN LIEFDE – In de nacht van 24 oktober 1914 moesten de zusters, samen met zusters van dezelfde orde die uit Schore en Oostende die bij hen gevlucht waren, op bevel van het leger hun klooster verlaten. De zusters vonden een nieuw onderkomen bij medezusters in Alveringem en Avekapelle. Daarna verhuisden ze naar een veldhospitaal te Koksijde waar ze ook zorgden voor een 100-tal kinderen. Met deze kinderen vluchten ze naar Calais waar ze in het kasteel St.-Pierre, rue Victor Hugo, nabij de kerk een schoolkolonie bestuurden. Samen met de zusters uit Lombardijse werden enkelen in 1918 overgebracht naar Cayeux-sur-Mer waar ze een onderwijsopdracht vervulden in een schoolkolonie met 300 meisjes.

POPERINGE

  • BENEDICTINESSEN – Tijdens de Eerste Wereldoorlog werden de zusters genoodzaakt het klooster te verlaten wegens bombardementen en zochten aanvankelijk een schuilplaats te Watou. In september 1915 vertrokken 8 zusters naar Rouen en werden kort daarna – november 1915 – belast met het bestuur van een schoolkolonie te Campeaux-lez-Barentin. Deze kolonie ging op 28 oktober 1916 over in de handen van de Zusters Paulinen uit Poperinge waarna twaalf zusters Benedictinessen verhuisden naar Tillières-sur-Avre voor het besturen van een schoolkolonie op het domein van St.-Louis de la Mulotière. In augustus 1917 kregen enkele zusters een opdracht en het bestuur van een Belgische Normaalschool in Mont Saint-Aignan bij Rouen.

MAHIEU RACHEL, zuster Marguerite / BEAUMONT ELISE, zuster Scholastique / BRUNET VERONIQUE, zuster Julienne / VANOVRBEKE JULIE, zuster Angèle / MEERSEMAN EUDOXIE, zuster Odile / DEKERVEL AGNES, zuster Divine-Coeur / DEKEIRSGIETER ALIDA, zuster Thérèse / VAN HECKE, zuster Anna / BRUTSAERT EMMA, zuster Antoinette / LEFEBVRE MARIE-LOUISE, zuster Marie-Madeleine / CAENEN IRMA, zuster Lutgarde / COEVOET MARIA, zuster Jeanne / CAENEN HELENE, zuster Marie / MILAN BERTHE, zuster Mechtilde / ROUSSERE JULIETTE, zuster Placide / ROUSSERE HELENE, zuster Mathieu / LECLOO BARBE, zuster Christine / EECLOO VIRGINIE, zuster Hildegarde / BRAQUEZ AMELIE, zuster Elisabeth

De zusters die in Poperinge bleven waren tijdens de oorlog verantwoordelijk voor de kantscholen van de organisatie Aide Civil Belge in de barakken van het kasteel d’Hondt/Elisabeth hospitaal en later in de wijk ‘de Leene’ wanneer de ziekenhuis activiteiten zich verplaatsten naar ferme ‘Derycke’ langs de Boescheepseweg.

  • PAULINEN – In 1916 werd aan de kloostergemeenschap het bestuur van een schoolkolonie voor kinderen van de IJzer (Seine Inférieure) aangeboden door het Belgische Ministerie van Binnenlandse zaken te Campeaux-Barantin war ze de zusters Benedictinessen moesten vervangen

In mei 1919, na de sluiting van de schoolkolonies in Frankrijk komen enkele zusters terug naar België en nemen hun taken in het klooster en de school te Poperinge terug op. Uit een brief van zuster Françoise, 17 september 1919, kunnen we opmaken dat een aantal zusters nog in Campeaux verblijven.

Ondanks er in de dagboeken van zuster Verhelst over het verblijf in de schoolkolonie geen verwijzingen zijn naar kantwerk of spellewerken kunnen we uit een brief van zusters Eleonore naar zuster-overste, verzonden te Campeaux op 29 november 1919, opmaken dat er ruim aandacht was voor kantwerk in de kolonie. Zuster Eleonore zou graag als bedanking voor zijn steun aan de schoolkolonie een kantwerk schenken aan de burgemeester van St.-Paër (iets gelijkaardige aan wat we geschonken aan mevrouw Badin) en vraagt de waarde van dit kantwerk aan haar overste.

Vermoedelijk waren er in november 1919 nog kinderen in Les Campeaux gezien zuster Eleonor in dezelfde brief schrijft dat de kinderen een ‘chemin de table’ in Duchesse-kant als kerstgeschenken willen overhandigen aan Mijnheer Georges en een ‘bavoir’ in kantwerk aan mevrouw Qeusnel.

zuster-overste Marie-Louise, VERWILGEN EMMA – Brugge zuster Marie-Augustine, VERHELST ANNA – Diksmuide / zuster Adelaïde, HOSTEN EUGENIE – Woumen / BATALIE EMERANCE – Ieper / zuster Marie-Julienne, VAN ELSTLANDE MARIE-THERESE – Dranouter / zuster Marie-Helena, GAEREMYNCK CLEMENTINE en zuster Marie-Josephina GAEREMYNCK ELODIE – Avelgem / zuster Marie-Madeleine, VANBELLINGHEM VICTORINE – Marke / zuster Mechtilde, MESSIAEN MARIE – Wervik / DELEU IRMA – Moorsele / zuster Marie-Imelda, HANSSENS IDALIE – Gullegem / zuster Marie-Godelieve, MAHIEU RACHEL – Poperinge / zuster Marie-Agnes, HALLAERT MARIE – Gent  / zuster Marie-Antoinette, VRAMBOUT FLORENCE – Vlamertinge / zuster Marie-Gabrielle, DELANOTE MARIE – Haringe / zuster Marie-Henriette, BOUCQUEY HORTENSE – Stavele

  • ’t VOGELTJE – PAULINEN – In het gehucht ‘t Vogeltje nabij het domein ‘t Couthof te Proven hadden de Paulinen (in de volksmond Paulientjes van buiten de stad) sinds 1837 een wijkschool. De zuster verlaten het klooster op 9 juli 1917 en vluchten naar St.-Jans-Capel net over de grens in Frans-Vlaanderen.

Tijdens de eerste wereldoorlog ligt Poperinge eerst in Franse en later in de Engelse sector van het front in Vlaanderen. ‘t Vogeltje krijgt echter een heel eigen positie. E.H.Debrouwer, deken van Ieper en vicaris-generaal benoemd voor het niet-bezette deel van België, en zijn “gevolg” verbleven in ‘t Vogeltje. Het was de geestelijke hoofdplaats van vrij België en van de dekenij Poperinge. Door voortdurende beschietingen en het bezetten van het klooster door legertroepen waren de drie kloosterzusters – die nog in ’t Vogeltje verbleven – en de kinderen uit het wijkschooltje genoodzaakt om tijdens het laatste Duitse offensief van maart 1918 te vertrekken naar Pourville. Daar vonden ze tot 1 november 1918 een onderkomen in de schoolkolonie die gevestigd was in Hotel Casino. Samen met hetzelfde konvooi trokken ook een groot aantal jongens van de ‘Kouterschool’ te Poperinge samen met meester Emiel Dekeirsgieter naar Pourville bij Dieppe (Seine Maritime). Vooraleer naar Pourville af te reizen werden ze samengebracht in het militair ziekenhuis te Zuydcote nabij Duinkerke.

  • PENITENTEN – Een 8-tal zusters van de school Penitenten/Grauwzusters Franciscanessen uit de Bruggestraat bestuurden de meisjes afdeling Marie-José in de Koninginneschool te Wulveringem-Vinkem en werden bijstaan door 4-tal Zwarte Zusters uit Ieper. Zusters van het Gasthuis waren werkzaam in La Chartreuse de Neuville. Zusters van St.-Vincentius waren werkzaam in het Couvent des Filles de Charité in Soex (Nord).
  • Zusters van het GASTHUIS (Penitenten) in Belgisch Burgerlijk Hospitaal van Montreuil-sur-Mer (Nord) / Zusters Ste-UNION in Noordpeene (Nord )/ Zusters St.-VINCENTIUS in Couvent des Filles de Charité in Soex (Nord)

Zusters-Wul

Zuster en onderwijzers te Wulveringem. In het midden mevrouw Destrée de administratieve/organisatorische directrice.

De zusters VERMEERSCH ROMANIE, Antoinette Eernegem, VANEXEM FELICE, Marie-Louise Dikkebus, RYCKEWAERT ISABELLE, Véronique Oostduinkerke LOWYCK EMMA, Colette Dikkebus en VUYLSTEKE HONORINE Francisca Poperinge waren werkzaam in de schoolkolonie van de Belgische overheid te Bacqeuville in het Franse Normandie. Nog andere zusters verbleven in de schoolkolonie te Puys nabij Dieppe.

  • PENITENTEN – GASTHUISZUSTERS Bij de hulporganisatie Kinderen van Vlaanderen bestuurden 9 zusters Penitenten de schoolkolonie voor meisjes van école Brazillière te Sèvres en 12 in de schoolkolonie voor jongens in Villa Béthanie te Monsoult. De jongens verbleven sinds 1 mei 1915 te Montigny-sur-Loing voor ze naar Monsoult verhuisden. Eén zuster overleed te Monsoult.

St.-Michiels: zuster-overste Colette L. LOZIE / Angela H. CAENEN / Marie-Antonia B. DEJONGHE / Marie-Victoria J. ENGELS / Augustina M. SCHELSCHOTTER /  CAROLINE DULLART /

St.-Vincentius: zuster-overste CLOTHILDE TAILLEU / Gertrudia TROFFAES  / Gertrudia STEPHANIE TROFAES / Paula EUPHRASIE TRAEN / Elisabeth R. BRANDT / Martha PH. LEBLEU / Bonaventure A. MONTEYNE / Rosalie E. MORTIER / Hyacinthe R. VANHAVERBEKE / Juliane L. YPERMAN / Marie-Gerarda J. VANDERLOOVEN / ADELE DEPAEPE


POELKAPELLE

De kloosterzusters besturen een schoolkolonie in Reuil


RAMSKAPELLE

De zusters bestuurden de schoolkolonie te Fontenay-aux-Roses


RENINGE

  • ANNUNTIATEN – Geschreven getuigenis van een zuster: “De 27 ste februari 1915 werd ons klooster (Annuntiaten te Reninge) één uur lang beschoten, niettegenstaande het wapperen van het Rode Kruis boven op het torentje van de kapel. In aller haast worden de H. Hosties genut. Soldaten en zusters brachten verschrikkelijk uren in de kelder door. Grote instortingen hadden plaats, doch God zij dank, allen bleven ongedeerd, maar de zusters moesten onverwijld de weg van de ballingschap inslaan.

Door de welwillende bezorgdheid van de Heer Minister Berryer, konden wij de 24 april 1915 naar Parijs vertrekken en werden er met open armen ontvangen door de zusters van de H. Vincentius à Paulo. De 20 ste mei werden zeven van onze zusters belast met het onderhoud van de Belgische schoolkolonie van Garches, die om reden van beschieting op 31 juli 1918 naar St. Germain en Cogles ( Bretagne) werd verplaatst ( beschieting van Parijs op weg naar Versailles – Garches is gelegen tussen Parijs en Versailles). De eerw. Moeder Gabriëlle nam met acht zusters het bestuur van de meisjeskolonie op zich te Chevilly ( Seine). Twee van deze zusters zijn overleden. Eén in de kolonie ( zuster Marie Joseph). De andere zuster moest wegens ziekte overgebracht worden naar een kliniek in Zwitserland aan de grens met Frankrijk ( zuster Godelieve).
Te Reninge is het opdragen van de H. Mis nooit onderbroken geweest. de Eerw. Heer Bondue, die later onderpastoor zal zijn in de OLV. te Brugge was als legeraalmoezenier meer dan twee jaar pastoor te Reninge.
Na de wapenstilstand zijn wij ( zusters Annuntiaten) zo haast mogelijk naar Reninge weergekeerd. De 28 ste februari 1919 kwamen zuster Antonia en zuster Mechtildis naar Reninge. Zuster Antonia verbleef bij Vrouw Wed. Vannoorenberghe en zuster Mechtildis verbleef bij Jerome Leuridan. Op dinsdag vóór Passie-zondag kwamen zuster Juliana en zuster Rictrudis hen vervoegen om hen hier te helpen. De zusters kochten een barak en deden ze in de achterhof van het klooster plaatsen. Ze gingen alle vier samen wonen in gezegde barak op 16 mei 1919. De 18 mei kwamen zuster Laurentia , Alena , Marguerite, Clara en zuster Imelda. Nu werd er gewerkt om zo haast mogelijk een school te openen. De school begon op 30 juni met 30 leerlingen. De andere zusters die nog wat te Chevilly verbleven waren , keerden naar Reninge terug op 18 juli 1919. ……….”

Op 21 oktober 1914 waren reeds vier zusters uit Reninge met 54 bejaarden gevlucht naar de abdij van Westvleteren waar ze tot 29 juli 1915 verbleven.

Zusters in de schoolkolonie La Valadière te Garches: BELDENS MARIE / HAUTEKIET BERTHA / HINDERYCKX MARCELLA / MISSY MARIA / LAMAIRE MADELEINE / VANDROMME JUDITH / VANOUPELINES MARTHA

Kloosterzusters in de schoolkolonie te Chevilly: COMEYNE VIRGINIE Pollinkove, RAMPELBERG MARIE Brussel, DECLERCK EMILIE Westvleteren, MERLEVEDE MARIE Reninge, GAUQUIE IRMA Reninge, DECUYPER EMMA Klerken, DEBACKER LEONIE Bikschote, DEDECKER AUGUSTA Woumen, VANDEWYNCKEL EMMA Rexpoëde, DEBACKER LEONIE Bikschote


SCHOORE

  • 3 religieuzen uit de dorpsschool van Schoore nabij Pervijze werkten in de schoolkolonie “La Colonie Enfantine belge Calais”:  zuster Ermelinde SYLVIE PAUWELYN, zuster Borgia en zuster Benoitte

STADEN

  • MARICOLEN – De zusters Maricolen uit Staden bestuurden vanaf juni 1915 de schoolkolonie van St.-Ouen waar zij de zorg worden toevertrouwd van 338 kinderen. Zij verhuizen in de tweede helft van maart 1918 omwille van de bombardementen op Parijs naar de schoolkolonie te Fontenay-aux-Roses waar ook zusters Maricolen verblijven.

Andere zusters hadden vanaf september 1915 een opdracht in de schoolkolonies van Le VésinetLe Pecq. Omwille van de bombardementen op Parijs verhuisden de zusters in 1918 naar de schoolkolonies van Locminé en Bougival.


ST.-JULIAAN/LANGEMARK

De zusters vluchten begin 1915 naar het klooster te Sint-Jan-ter-Biezen nabij Watou van waaruit vier zusters en zes meisjes vertrekken naar Wisques vetrekken op 26 maart.

  • PAULINEN – de zusters bestuurden de schoolkolonies van Wisques (foto) en Wizernes 
  • religieuzen Wisques: BAERT MARIE – Poperinge, MAES ZOE – St.Juliaan, DEFRANCQ MARIE – Poperinge en BEELS MARIE – Harelbeke

19


 TEMSE

  • PAULINEN –  de zusters bestuurden eerst de schoolkolonie voor meisjes te Saint-Valery-en-Caux en later deze voor jongens te Les Grandes Dalles.

Zusters: CLOTILDE VANONGEVALLE , CLEMENCE VANDEVELDE , MARIE CRAYMERSCH,  MARIE DE KEYSER , HORTENSE D’HONDT , CAROLINE VAN DAELE , FELICIE GUILBERT , PHARAILDE ROELENS , CLARA VAN DUYFHUYS , MALVINA WOUTERS , MARIE DEPOORTER , IRMA SPILEERS ,ALICE  WASTEELS , MARIA PRAET , CLEMENCE DE WILDE , CLEMENCE VAN DYCKE , ELISA PEETERS , MARIE VAN EYCK , MALVINA MOUTON , ADOLPHINE DE BACKER  en MARGUERITE BRYS


 VEURNE

  • ANNUNTIATEN – Nadat ze noodgedwongen hun eigendommen in de Vleeshouwerstraat ter beschikking moeten stellen van Engelse medische posten en Ambulance diensten vluchten de zusters naar Wulveringem waar ze hun intrek nemen in een gebouw van de congregatie in de Gouden-Hoofdstraat. Op dat ogenblik werd er onderwijs gegeven in Veurne (14 klassen), Koksijde (4 klassen), Lampernisse (3 klassen) en Boitshoeke (2 klassen).

Twee zusters Annuntiaten die in Veurne blijven stellen zich ten dienste van de hulporganisatie Belgian Canal Boat Fund en de oorlogsschool van de Zuidkapel waar 300 kinderen les vlogen en waar ook een verdeelpunt voor voedselbevoorrading en een medische post voor burgers was.

*zie https://oorlogskantschool.wordpress.com/belgian-canal-boat-fund/

Op 18 mei 1915 vertrekken 8 zusters die in Wulveringem verblijven met het eerste door de Belgische regering georganiseerde treinkonvooi voor kinderen naar Parijs en krijgen na een verblijf van enkele dagen in Saint Sulpice het bestuur van een schoolkolonie van de hulporganisatie Kinderen van Vlaanderen in Rue de la Santé te Parijs.

S.Untitled
Parijs juli 1919 zuster Marie-Gertrude

zusters in de schoolkolonie van Rue de la Santé te Parijs: BOTTELIER ELISA – zuster Hildegarde, CAPELLE PHARAILDE – zuster Raphaël, DELAETER SOFHIE – zuster Benard, DUMONT FLORA – zuster Gertrude, HANSSENS ODILE – zuster Bonaventure, KEMP ALINE – zuster Paula, MISSY LEONTINE – zuster Philomène, NEVEJANS MARIE – zuster André, OLLEVIER PHARAILDE – zuster Marthe, SARRAZIJN LOUISE – zuster Hélène, VALCKE EMILIE – zuster Vincent, VANDROMME VERONIQUE – zuster Dominique

zuster Marie-Brigitte / zuster Séraphine / zuster Lutgarde

Enkele Annuntiaten en algemeen overste WALBURGE zijn ook werkzaam in de schoolkolonie van ” Hotel Terasse” te Vanrengeville-sur-Mer. Zij verlaten deze schoolkolonie in mei 1918 en trekken naar Recques. Vijf zusters gaan naar de schoolkolonie van Hotel Casino te Pourville.

In april 1919 werden enkele zusters die in de Rue de la Santé verbleven overgeplaatst naar de schoolkolonie in Château-de-Recques te Recques-sur-Course in het departement Pas-de-Calais.

  • ZWARTE ZUSTERS – AUGUSTINEN:  Een vier-tal zwarte zusters uit Veurne zijn samen met zusters Penitenten uit Poperinge werkzaam in de scholen van de koningin te Wulveringem.
  • BLAUWE ZUSTERS: Deze zusters ( zusters van de Heilige Gehoorzaamheid) die een klooster aan de Pannestraat 3, vluchten naar de Franse dorpje Saumur (Maine-et-Loire) en Blagnac (Haute-Garonne).

VLADSLO

  • De zusters Paulinen bestuurden een schoolkolonie in château Grignon te Orly.: Zuster-overste: Barbara en medezusters Marie, Josephine, STAELENS SYLVIE -zuster Livina, Vincentia, ROELS OCTAVIE – zuster Clara en GRYSON CHRISTINE – zuster Antonia

VLAMERTINGE

  • ZUSTERS VAN LIEFDE – bestuurden de schoolkolonie Les Dames Blanches in Yvetot en Villa Saillet te Arromanche. Zusters die in Yvetot verbleven: zuster Agatha – SOETAERT VIRGINIE, zuster Gudule – CORNETTE FELICIE, GUNST JULIE uit Kortemark, VANHOUTEGEM LEA, WERKIN LOUISE uit Wijtschate, zuster Caroline LEMENU NATHALIE.
  • zuster Julienne, Mathilde, Cécile, Imelda en Berchmans

WAASTEN

  • zusters SAINT-FRANCOIS DE SALLE bestuurden de schoolkolonie van Petites-Dalles: zuster-overste Marie-Louise DELVILLE MARIA, zuster Félicité HANOT CECILE, zuster Adéle DUMONT MARIA, zuster Bernardine HOFFMAN HELENA, zuster Véronique DERYCKE PHILOMENE, zuster Claire LAMY EMILIE, zuster Clémence DEJONGHE MALVINA, MADELEINE HECQ, ALIDA ABRASSART, ANNA PHLIPPO, MARTHA VANDE VYVER

WESTOUTER

  • PAULINEN Op 15 april 1918 werd aan zuster Lutgarde die nog in het klooster van Westouter verbleef om een schoolkolonie op het domein “La Volière” in St.-Marguetite-sur-Mer te besturen. Ze beschikt over 6 zusters voor deze opdracht. 4 van de wijkschool “den Brabant” – Overste COLETA VANDEROUGSTRAETE (Florence), ADELINE PHYFFROEN (Delphine), MARIE SIX (Cèlestine) en zuster MARGUERITE HINNEKINT (Germaine) + de 2 zusters uit Westouterdorp – STEPHANIE RAECKE (Beatrice) en zuster Marie-Antoinette. In Le Vésinet (bij de zusters uit Wulpen) verblijven zuster Julienne en zuster Victorine

WESTROZEBEKE

  • SOEURS DE NOTRE DAME – bestuurden de schoolkolonie Château Malaise te Barentin: zuster DEPRAETER JEANNE en zuster CORDENAY PHARAILDE

WIJTSCHATE

  • PAULINEN – bestuurden de schoolkolonie te Tartas.

WOUMEN

  • Zusters van de H.Jozef uit het klooster van Woumen bestuurden de schoolkolonie van Loudun. LUCIE DEJAREDIE (overste), JULIE SEYS, ROZA en MARIE VAN ROMPAEY, EMMA LAPON, LEONIE GERMONPREZ (zuster Félicité), EMMA PLYSSON, ALBERTINE en FRANCOISE VAN ROMPAEY, MADELEINE CAPELLE, GERMAINE HUYGHE, MARIE CAPELLE en JULIETTE SIMON

WOESTEN

  • ZUSTERS VAN PITTEM (voorheen PAULINEN) – Na de gasaanval te Steenstraete verlieten de zusters Woesten en trokken met de pastoor naar Poperinge waar ze bij de zusters Penitenten verbleven en door Louise d’Ursel werden gevraagd om kinderen naar een schoolkolonie te begeleiden. Zusters verbleven in de schoolkolonie van Aide Civil Belge te Merlimont-Plage

WOUMEN

  • ZUSTERS VAN DE H.JOZEF:  Op aanraden van Pastoor Van der Heyde – de oorlog kon alleszins maar enkele weken meer duren! – waren op 20 oktober 1914  in de namiddag twee groepen zusters met de weeskinderen vertrokken, dieper de Westhoek in. Te Westvleteren vonden de twee groepen elkaar als afgesproken terug. Na een verblijf van twee weken te Stavele bij de gastvrije familie Depezere, werden zusters en weeskinderen door de bemoeiing van volksvertegenwoordiger Maes van Jonkershove ondergebracht in het conciergehuis van het kasteel ‘Couthove’ te Proven. Door allerlei huishoudelijke diensten en karweitjes slaagden de zusters er in te voorzien in hun levensonderhoud en dat van hun beschermelingen. De toestand werd echter met de dag gevaarlijker, vooral vanwege de vliegers. Zusters en wezen werden daarom geëvakueerd naar Frankrijk waar zij te Versailles voor de rest van de oorlog een veilig onderkomen vonden. Een drietal zusters gingen in Loudun een schoolkolonie bedienen, gesticht door Pater Delforge, redemptorist.

WULPEN

  • PAULINEN – Op 3 september 1917 vertrekken de zusters met 70 jongens en meisjes naar de schoolkolonie van Le Vésinet nabij Parijs. Eind april 1918 voegt zich een vijfde zuster uit het filiaal te Proven bij hen. In de zomer van 1918 zijn er hevige bombardementen op Parijs waardoor de schoolkolonie om veiligheid redenen terecht komt in La Grande Maison in Plestin-les-Grèves nabij de Noord-Bretoense havenstad Roscoff.

ELISE SOETAERT – zuster Emerence


WUUSTWEZEL – Gooreind

De zusters Franciscanessen bestuurden de schoolkolonie van Saussay.

LOUISE MAES – zuster Marie-Stefana, IRMA BOEREN – zuster Marie-Christine, JEANNE AUGUSTIJENEN – zuster Marie-Ernest, VANHOOYDONCK JOSEPHINE – zuster Marie-Joseph, CLEMENCE DUCKAERT – zuster Marie-Thimothée, LEYS REGINE – zuster Marie-filicienne, THERESIA HUYBRECHTS – zuster Marie-Léontine, MARIE JANSSENS – zuster Marie-Véridienne, JOHANNA SMULDERS – zuster Marie-Remolda, GABRIELLE SIFFER – zuster Marie-Raoul, JULIETTE HUGUENET – zuster Marie-lydie


ZANDVOORDE

  • Zusters uit Zandvoorde besturen de schoolkolonie te Saint-Valery-en-Caux waar 60 meisjes verbleven.

overste zuster Perpétue – BEERT SIDONIE, Tielt / zuster Albine-HOORELBEKE FELICIE , Boesinge / zuster Prudence – CHRISTIAEN HERMINE , Ichtegem / zuster Céleste – AMEEL ELISE , Brielen / zuster Hermina – HOSTE ELODIE , Oostrozebeke


ZILLEBEKE

  • HEILIGE FAMILIE – bestuurden de schoolkolonie voor meisjes te Versailles,  en Saint-Germain-en-Laye. Enkele zusters verbleven ook tijdelijk in de schoolkolonies aan de rue du Vouillé te Parijs

 ZONNEBEKE

  • PAULINEN – Op 20 oktober 1914 slaan de zusters op de vlucht naar de filialen in Proven, Krombeke en Westouter. Vier van hen en de daaropvolgende maand nog dertien, steken op 5 december het kanaal over om in een pensionaat les te geven aan kinderen van Belgische vluchtelingen te Londen en Glasgow. Op vraag van de Belgische Regering vertrekken zeven zusters naar het Franse Normandië om les te geven in de schoolkolonie van Château Grosfys te Hugleville-en-Caux. Wanneer ze in 1919 terug naar Vlaanderen komen geven enkelen onder hen nog een periode les in de schoolkolonies te Wulveringem.

DELEU MARIE-JULIENNE -zuster Ursule Menen / BOUCKAERT MARGUERITE – zuster Angeline Roeselare / DE GHELDERE ROMANIE – zuster Gudule Zwevezele / VERCRUYSSE HELENE – zuster Regina Eernegem / DEVER ROMANIE – zuster Philomène Proven / BAFCOP HELENE – zuster Théodora Poperinge / SIMOEN LEONIE – zuster Stéphanie Koekelare


ZUIDSCHOTE

  • PAULINEN – Vijf zuster uit Zuidschote vertrokken op 18 mei 1915 met hetzelfde treinkonvooi als de zusters Annuntiaten uit Veurne naar de schoolkolonies in Frankrijk om de zorgen voor kinderen in de schoolkolonie te Champlan in de omgeving van Parijs. Nadien Nanterre.

Zuidschote zusters Ursula


 SUB-PAGINA’S